Onderwerpen | Mijn lieveling | Verzamelaarsbomen | Periodes | Mooiste aanwinst | Literatuur en TV | Opletten

Almelo | Groenlo | Losser | Marle | Ravenstein

Tentoonstelling oude kerstversiering Stedelijk Museum Zwolle 2004


Velen hebben de tentoonstelling in Zwolle van 2004 niet gezien en vragen wanneer er ergens een tentoonstelling van oude kerstversiering is. Diegenen die het wel gezien hebben vragen om een herhaling! Hieronder een verslag van de tentoonstelling van 2004 in het Stedelijk Museum Zwolle. Ik begin echter met een uitleg over de aanvragen die bij mij binnenkomen om EVEN een tentoonstelling te doen.

Nu wil ik u met het onderstaande eens op de hoogte brengen wat er allemaal bij komt kijken om een (grote) tentoonstelling te organiseren. Ik hoop dan ook dat bezoekers van deze site maar vooral de ‘zakelijk’ geïnteresseerden zoals musea dat goed gaan lezen. Misschien kunnen zij in de toekomst hun voordeel er mee doen. Ook voor een verzamelaar die zich toch voor het karretje laat spannen is onderstaande tekst een mooie richtlijn.

Ik noem hierbij niet voor niets musea want de vele verzoeken die ik na de tentoonstelling van 2004 ontvangen heb van deze instanties liegen er niet om. Om een lang verhaal kort te maken: het komt er op neer dat je blij mag zijn, volgens de personen die de verzoeken doen, om je hobby te MOGEN tentoon te stellen. Financiële tegemoetkoming is er veelal niet bij! Musea of stichtingen denken waarschijnlijk dat mijn tijd onbeperkt is en dat mijn auto op water loopt!
Een voorbeeld: een museum uit Noord-Holland wil graag een tentoonstelling over oude kerstversiering maar geeft in de mail aan dat er geen geld beschikbaar is. Hoe zien zij dat dan? Maar wat veel belangrijker is hoe zie IK dat? Dat zal ik u proberen uit te leggen: Een belangrijke voorwaarde die ik stel is dat ik niet wil hebben dat anderen, dan de personen die ik uit kies, zich met het opstellen, indelen, ophangen etc. bemoeien. Zelfs de kleurstelling wil ik in de hand houden. Deze eis stel ik omdat mij gebleken is dat o.a. museummedewerkers, totaal geen weet hebben hoe kwetsbaar en kostbaar de oude kerstversiering is en met welke kleuren de versiering het beste uitkomt. Dit is echt niet om mij of mijn helpers op de borst(en) te kloppen maar door ervaring opgedaan.
Opstelling van bomen in een toegankelijke ruimte waar een ieder met de vingers aan de versiering kan komen is natuurlijk, zoals wij verzamelaars wel weten, uit den boze. Toch verbaast men zich er over als ik eis dat alles achter glas moet komen!
Om de ruimte eens te bekijken ga ik naar de plaats toe, maak foto’s en ga in overleg. Vaak is een tweede bezoek nog nodig. Wat voor soort tentoonstelling wil men? Een algemeen overzicht van oude versiering? Een bepaalde periode? Kerstversiering uit een bepaald land? Is men op de hoogte dat er ook aanverwante zaken zijn die voor de expositie in aanmerking komen? Op deze vragen kunnen museamedewerkers meestal geen antwoord geven omdat zij niets van het fenomeen oude kerstversiering afweten. Vaak wordt een idee geopperd om eens met oude kerstversiering het oude jaar uit te gaan en zij zoeken dan op het Internet naar oudekerstversiering! En ja, dan komen ze op mijn site. Er gaat dan een wereld voor ze open maar extra info verwerven is er meestal niet bij want in mijn adressenboek komen nauwelijks aanvragen voor van een boekbestelling van een museum. Het is zelfs zo dat toen de directeur van het Zwols museum tijdens een bijeenkomst van museadirecteuren bekend maakte dat er in 2004 een tentoonstelling van oude kerstversiering in Zwolle zou komen hij kritiek kreeg omdat het niet museaal genoeg zou zijn!! Tja!

Maar als er dan toch besloten is om een tentoonstelling te gaan doen moet ik voorbereidingen treffen. Welke informatie moet er bij de tentoonstelling komen? Moet dat met een flyer of is er wel geld voor een boekje? Wie zorgt voor de informatie? (Ikke dus want zoals ik al aangaf, zij weten er weinig of niets van.) Ook daar moet je dus tijd instoppen wil je het goed doen. Als het dan wel een boekje mag worden hoe lever je dat aan etc. etc.. En deel je mee in de opbrengst van dat boekje? Wie verzorgt de reclame. Wanneer komen de aanplakbiljetten? In Zwolle waren die pas maandags voor de opening aanwezig en moesten toen, net als de uitnodigingen, nog verzonden worden. Tja!


Hier de presentatie van het boekje ‘Kerstversiering uit de oude doos deel 1’.
Het boekje is uit eigen zak betaald en in eigen beheer uitgegeven!



In ieder geval moet je een indeling maken en uit de collectie die versiering selecteren die je wilt gebruiken. Alles moet dan zo voorzichtig mogelijk ingepakt worden zodat je bij het uitpakken meteen de goede spullen in de vitrines kunt plaatsen. Voor de tentoonstelling in Zwolle had ik drie weken nodig om de duizenden voorwerpen uit te zoeken en in te pakken. Zoals mij een verzamelaarster zei: '20 schilderijen ophangen of duizenden kleine breekbare voorwerpen is wel een groot verschil'.
Wil men een GROTE tentoonstelling dan kan ik de hoeveelheid versiering niet in mijn kleine bestelwagen vervoeren en moet dan een grote bestelauto huren. Om in te richten zijn verschillende dagen nodig en als de afstand vanuit Zwolle naar het westen afgelegd moet worden is het de vraag; rij je elke dag op en neer of zoek je onderdak (voor 1 of meerdere personen.) Hoe gaat het met het eten? Of moet je net als in Zwolle zelf het initiatief nemen om, als je avonds doorwerkt, maar iets bij de FEBO op te halen? (De bon is later wel vergoed maar zelf denken ze niet aan zoiets.)



Je weet maar nooit wat je allemaal nodig hebt.


Op de dag van de opening moet je wel aanwezig zijn want anders staat het zo gek! Tijdens een tentoonstelling wil men graag dat er een rondleiding of een lezing gegeven wordt. In Zwolle waren er eerst drie rondleidingen maar door de grote drukte is er eentje extra ingepland! Als de tentoonstelling afgelopen is dan zul je, om de versiering weer mee te kunnen nemen, opnieuw een bestelbus moeten huren en hoop je dat het opruimen van de tentoongestelde versiering, in 2 à 3 dagen geklaard is. Je hebt wel weer het probleem of je heen en terug gaat rijden of overnachten. Zoals u ziet zijn er aan brandstof, huur etc. al aardig wat kosten gemaakt en zijn er vele uren ingestopt. Laten we eerlijk zijn; wie is er nu gek! Een museum die de toegang tot de tentoonstelling in de zak steekt of ik die blij mag zijn dat de hobby tentoongesteld wordt! Ik weet mijn antwoord al. Natuurlijk ben ik bereid om uren in deze hobby te stoppen maar het moet niet van één kant komen! Snapt u nu waarom ik op deze manier geen tentoonstelling meer wil doen? Door schade en schande wordt een mens wat wijzer maar net als de ezel stoot je je wel eens aan dezelfde steen.

Als een museum interesse heeft in een tentoonstelling met oude kerstversiering en daar een betaling tegenover zet kunnen ze contact met mij opnemen. Natuurlijk vind ik het jammer dat mijn collectie van zo’n 10.000 stuks alleen voor naasten te zien is. Maar wie weet organiseer ik in 2011 of 2012 zelf wel een tentoonstelling als mijn deel 3 op de markt komt.

De tentoonstelling

Regelmatig waren er de laatste jaren contacten met musea en andere instanties die vroegen of ik niet een expositie wilde. Toegegeven, het streelt je ego maar altijd heb ik één ding voor ogen gehouden: ‘dat als ik een tentoonstelling wilde het er eentje moest worden die erg indrukwekkend zou zijn’. Nadat ik een enkele maal bekenden van mij het genoegen had gedaan om in hun zaak of stichting een kleine expositie te houden kwamen er signalen bij mij binnen dat enkele musea in Nederland langzamerhand belangstelling gingen tonen voor oude kerstversiering.

Door een medewerkster van het Stedelijk Museum Zwolle was ik in het verleden al meerdere malen benaderd maar ik vond de tijd nog niet rijp genoeg. Eind 2003 kwamen we wat tot elkaar en werd er besloten dat er in november 2004 een ruimte was voor een grote tentoonstelling.
We wisten dat het veel werk zou zijn want ik had als eis gesteld dat ikzelf voor mensen zou zorgen die het kwetsbare en kostbare materiaal zouden verwerken en op kleur zouden zetten. Mijn vrouw Netty en onze vriendin Loes waren bereid om mij daarmee te helpen. Het personeel van het museum heeft ons met hand en spandiensten ter zijde gestaan en op tijd voor de koffie gezorgd. Na een volle week (en 2 avonden) waren wij “uit”gehangen. Blij en voldaan dat er maar 14 versieringen gesneuveld waren. Het bezoek mocht wat ons betreft komen. Op zaterdag 27 november 2004 werd de tentoonstelling: ‘KERSTVERSIERING UIT DE OUDE DOOS 1875- 1975’ geopend.


Via een mail had ik gevraagd wie er aanwezig wilde zijn bij de opening. Nou, dat heeft het museum geweten. Ik wees hun er op dat er honderden zouden komen. Normaal bij een opening van een tentoonstelling komen er zo’n 30 -40 personen! Zoals u ziet was de zaal erg vol en moesten tientallen in de hal de opening meemaken. Daarom ook maar een korte toespraak gehouden die helemaal kort werd toen de geluidsinstallatie het af liet weten! Door de hoeveelheid mensen bleven de stukjes worst en kaas in de koelkast want het museum had niet op zoveel mensen gerekend!


Het was voor de eerste keer dat er in Nederland een overzichtstentoonstelling van kerstversiering was. (In het buitenland hadden grote musea de oude kerstversiering al eerder in de armen gesloten want daar zijn de laatste jaren, onder andere in het Badischen Landesmuseum te Karlsruhe 9 november1996 - 23 februari 1997 en in het Bayerischen Nationalmuseum in Munchen 22 november 2000 - 4 februari 2001, 2 prachtige tentoonstellingen geweest.) Verder zijn er de laatste decennia in veel kleinere musea in Duitsland tentoonstellingen geweest en die worden elk jaar herhaald met nieuwe onderwerpen of met andere verzamelaars. Wat dat betreft heeft Nederland weinig kerstcultuur. Sorry, ik vergat de modeartikelen die elk jaar aan de huizen geplakt worden en de kerstballen die zo mooi bij de vloerbedekking of de gordijnen staan. Of moet ik schrijven dat we een SBS-cultuur hebben?

In Zwolle stond mijn collectie centraal. Wat kon u verwachten bij deze tentoonstelling: Een unieke collectie die tentoongesteld werd in 23 vitrines. Duizenden kerstballen, pieken, kettingen, verlichting, verpakkingen, kerstmanpoppen etc. waren te bewonderen. Bij binnenkomst in de grote zaal vielen de monden al open.


De inkijk naar de zaal waar alles bij elkaar een 4.000 objecten te zien waren.