Inhoudsopgave


V/D LAENSTRAAT - ENKSTRAAT

Volgens historische bronnen moest Assendorp een oud gebied zijn. Daarom verbaasde het mij dat tijdens de graafwerkzaamheden (17 - 24 maart 1986) voor de nieuwbouw in de v.d. Laen- Enkstraat geen belangstelling werd getoond door de prov. archeoloog of de A.W.N.-veldcoördinator R.v.B. om onderzoek te verrichten.

Toen in de bouwput bij de Van de Laenstraat dan ook bewoningssporen te zien waren, ben ik, zoals al zo vaak, met H. v. Dijk en J. Bredewold in actie gekomen.


Hier de sloop van de huizen aan de Enkstraat gezien vanuit de Van de Laenstraat richting Van Karnebeekstraat.



De bouwputten aan de V.d. Laenstraat
De bouwput vooraan correspondeert
met de opgravingtekening.

Zo gauw er een bouwput gegraven was werd de volgende dag al door een ploeg mensen funderingen gelegd. U begrijpt dat snel waarnemen geboden was. Daarom kon er in de eerste bouwput wel verstoring waargenomen worden maar was intekenen etc. niet meer mogelijk. Bij het graven van de tweede bouwput werd dan ook kort achter de dragline aangelopen om niets te missen. Dit leverde resultaat op. In goed overleg met de uitvoerder werd besloten dat de bouw even zou wachten met de funderingswerkzaamheden om ons zo de tijd te geven het gevondene beter te verwerken. Jammer is dan dat de melding (3x! bij het Natuur Historisch Museum) van een door ons compleet gevonden runderskelet pas vele uren later reactie en mankracht opleverde. Hun excuus: men was bezig met een vergadering! Dan ben je blij dat een bouwondernemer je de kans geeft om onderzoek te doen maar dan blijkt weer eens dat instanties traag werken! Nu snap je ook waarom bouwondernemers niet zitten te wachten op archeologische onderzoeken.


De draglinemachinist pauzeerde om ons de gelegenheid te geven om het skelet te onderzoeken. Na lang wachten kwam er personeel van het Natuur Historisch Museum om het 14e-15e eeuws runderskelet in te tekenen en mee te nemen.






Bouwputafmeting was ± 31 X 9 meter.
De waterputten bevatten geen materiaal. Er werden in de wanden van de bouwputten verschillende zandkopjes (zonder podsol) waargenomen op hoogtes van 50-90 cm +N.A.P.. Waarschijnlijk moet dan ook de 14e-15e eeuwse stort als een egalisatielaag tussen deze zandkoppen gezien worden. Deze ophogingslaag zal het aan de zuidzijde opkomende water hebben moeten tegenhouden.





Gegevens

In de eerste bouwput tussen Molendwarsstraat-Molenweg, werden geen sloten waargenomen. Het wit-gele (stuif)zand lag op ± O.9 m +N.A.P..
In de tweede bouwput (tekening) lagen tussen de botten van een rund, scherven aardewerk uit de 14e-15e eeuw. De scherven kunnen afkomstig zijn uit de alles bedekkende 14e-15e eeuwse stortlaag die er bovenop lag. De kuil waarin het rund lag, was doorgraven voor een slootje. Onderkant slootje O.3 m —N.A.P.. Scherven uit deze sloot kunnen ook van de stortlaag afkomstig zijn, maar doen ouder aan.

Vlakbij deze sloot en het rund werd een woon(afval)laag ontdekt waarin leisteen, Pingsdorf, Paffrath en kogelpotmateriaal uit de 11e-12e eeuw aanwezig was. Rondom het materiaal konden in de grond (O.35 m —N.A.P.) de resten van takken (vlechtwerk) worden waargenomen. Er kon niet worden vastgesteld dat tussen het vlechtwerk of op de hoeken dikkere palen aanwezig waren geweest. Waarschijnlijk ging het hier om een beschermde mestvaalt.
Ook werden in deze bouwput palen van een ‘spieker’ ontdekt. Afmeting: 2.9 x 1.5 m. Een spieker is een bijschuurtje waar meestal graan in ligt opgeslagen.


Hier de gevonden sloot. Op de achtergrond het ziekenhuis ‘De Weezenlanden’.



Zoals op de foto te zien is groef de dragline meters diep om een afvalput uit te graven die gemaakt was van gevlochten wilgenteen. Door de al genoemde problemen kregen wij niet de kans om dat verder te onderzoeken en verdween het afval op de vrachtauto die het afvoerde. TJA! Op de foto is tevens te zien dat er veel wit zand op die diepte aanwezig was. Stuifzand?


Onder en opzij van de V.d. Laenstraat, richting Molenweg, werden vele menselijke skeletten gevonden. Uit de bedekkende laag kwam 17e eeuws materiaal te voorschijn. In een kinderschedel werd 14e eeuws Siegburg-materiaal aangetroffen. In de bouwput die in het verlengde lag van de getekende, werden nog een tweetal sloten gevonden. De ene liep evenwijdig aan de v.d. Laenstraat; de andere had dezelfde W.O. richting als de getekende sloot. Enkele scherven van vroeg-steengoed konden uit de bovenlaag van de slootvulling nog opgeraapt worden. Door de wijze waarop het rundskelet was “opgegraven” bleek de uitvoerder niet meer bereid om verder onderzoek te laten plaatsvinden.

Ook in de Enkstraat kon nog een plattegrond worden waargenomen van een spieker. Afmeting: 2.05 x 1.35m. De vier ronde palen hadden elk een doorsnede van 25 cm. Met behulp van een detector zijn door J. Bredewold vele vondsten verzameld uit de 15e-20e eeuw. Buiten de meer dan 100 munten, penningen en verschillende sieraden werden tientallen gespen, knopen, kralen, knikkers, grote gitten en een prachtige, 2,5 cm ronde agaat gevonden. Bij het gevonden aardewerk was o.a. een mooi paars Fries bord uit ± 1800. De tekst daarop: Doat wel, al die geene die Uw haten, spreekt voor zich.

Conclusie

Uit de vondsten is af te leiden dat vanaf de 11e-12e eeuw er al bewoning is geweest aan de v.d. Laenstraat. Wat de skeletten betreft hebben wij niet kunnen onderzoeken of het hier om een begraving ging of om 17e eeuwse stort. Dat in het kinderschedeltje een 14e eeuwse scherf zat is misschien een aanwijzing dat bij het opruimen van een begraafplaats in de 17e eeuw (grachtenaanleg Zwolle?) het afval gebruikt werd voor wegophoging.
Omdat het museum de vondstmelding traag verwerkte, werd de samenwerking tussen de bouwmensen en ons ernstig geschaad. Dat het museum een gemaakte afspraak (het runderskelet zou in de herfst van 1986 al in elkaar gezet worden) zelfs niet nakomt is een slechte zaak.
Misschien zal er in de toekomst ooit nog eens een tentoonstelling kunnen plaatsvinden van het in de v.d. Laenstraat gevonden materiaal. Aan ONS zal het niet liggen.

Dan wil ik nog vermelden dat toen de sloopwerkzaamheden plaatsvonden er achter de huizen moderne beerputten werden verwijderd en op de stort terecht kwamen. Een zeer onfrisse boel. De stort was niet afgesloten en kinderen gingen op die zandbulten spelen. Omdat besmettingsgevaar niet uit te sluiten was heb ik een melding bij de gemeente gedaan. Gelukkig waarschuwden zij de bouwondernemer en die plaatste toen (tijdelijk) hekken. Vraag mij alleen af waarom ik dat moet constateren en melden. Zijn er geen ambtenaren die de werkzaamheden controleren?